Rechtmatigheidsverantwoording

Verantwoordelijkheid college van burgemeester en wethouders

Terug naar navigatie - Verantwoordelijkheid college van burgemeester en wethouders

De baten en lasten alsmede de balansmutaties moeten getrouw in de jaarrekening worden opgenomen. Uit het getrouw opnemen van de baten en lasten alsmede de balansmutaties, blijken een drietal rechtmatigheidscriteria niet expliciet. Dit betreffen het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium. In deze rechtmatigheidsverantwoording licht het college van burgemeester en wethouders toe in hoeverre bij de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium zijn nageleefd. Dit houdt in dat de verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties in overeenstemming zijn met door de raad vastgestelde kaders zoals de begroting en gemeentelijke verordeningen en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving. Bij de waarderingsgrondslagen in de jaarrekening is het door de raad op 13 februari 2025 vastgestelde normenkader van de relevante wet- en regelgeving verder toegelicht.   

Deze verantwoording hanteert een grensbedrag omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. Deze grens is door de raad bepaald en bedraagt 1% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves en is daarmee vastgesteld op € 740.000. De grondslag voor deze verantwoording is de Kadernota Rechtmatigheid 2024 van de Commissie BBV van oktober 2024.   

Bevinding

Het college stelt vast dat de omvang van de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties die niet rechtmatig tot stand zijn gekomen € 7.568.892 bedraagt. Dit is hoger dan de daarvoor gestelde grens van € 740.000. Van de niet rechtmatig tot stand gekomen verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties is volgens het college overigens €  7.342.972 acceptabel op basis van door de gemeenteraad vastgestelde afspraken.   

Begrotingscriterium Bedrag in €
1) Overschrijding lasten programma’s  € 7.132.563
2) Overschrijding investeringsbudgetten (kredieten) € 114.029
3) Ongeautoriseerde reservemutaties 

€ 0

4) Overschrijding van baten en/of onderschrijding van lasten, investeringen en baten die niet tijdig tot een begrotingswijziging hebben geleid of niet tijdig aan de raad zijn gemeld

€ 0
Totaal begrotingsonrechtmatigheden € 7.246.592

Totaal van de begrotingsonrechtmatigheden dat past binnen het vooraf vastgestelde beleid en daarmee vooraf als acceptabel is geduid. In de rechtmatigheidsverantwoording wordt verwezen naar dit vooraf vastgestelde beleid.

€ 7.204.407

 De niet -acceptabele begrotingsonrechtmatigheden worden inhoudelijk in de rechtmatigheidsverantwoording en in de paragraaf bedrijfsvoering toegelicht.

€ 42.185

Voorwaardencriterium  
5) Inkopen ten onrechte niet Europees aanbesteed € 69.706
M&O criterium  
6) Geen bevindingen.
€ 0
Totaal Onrechtmatigheden € 7.316.298
Waarvan acceptabel € 7.204.407
Waarvan niet-acceptabel € 156.214

 

Bevinding

Terug naar navigatie - Bevinding

De geconstateerde afwijkingen betreffen: 

Begrotingscriterium

De niet-acceptabele onrechtmatigheid van € 42.185 betreft kosten voor de tijdelijke exploitatie van MFC Het Kloosterhof door de gemeente. De lasten voor deze exploitatie waren niet begroot. Tegenover het merendeel (€ 384.736) van de lasten staan inkomsten, waardoor ze als acceptabel worden aangemerkt op basis van artikel 12 van de financiële verordening. Per saldo waren de niet geraamde lasten echter € 42.185 hoger dan de extra inkomsten, waardoor dat deel als niet-acceptabel moet worden aangemerkt. De totale onrechtmatigheid op programma 3 komt hierdoor op € 426.922.

Ook de kosten voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen en de opvang van asielzoekers leiden tot acceptabele onrechtmatigheden. Ook hier geldt dat de lasten niet geraamd waren, maar wel gedekt werden door extra inkomsten en daardoor conform artikel 12 van de financiële verordening als acceptabel gelden. In totaal leiden deze twee posten tot een begrotingsonrechtmatigheid van € 6.421.145 op programma 5.

Tot slot leidden de positieve resultaten 2023 en 2024 op de afvalinzameling tot een acceptabel onrechtmatigheid van € 280.252 op programma 4. Conform ons beleid worden deze positieve saldi conform bestaand beleid gestort in de voorziening egalisatie afvalinzameling en verwerking. Tot en met 2023 gebeurde dit na resultaatbestemming in het volgende boekjaar. Op basis van de BBV mag dit niet echter niet via de resultaatbestemming maar moet dit als last in het boekjaar zelf worden geboekt. Dit was niet begroot en lijdt daarom tot een acceptabele overschrijding van de lasten. Omdat het resultaat 2023 nog wel op de oude wijze is verwerkt leidt dit in 2024 tot een boekhoudkundige verwerking van twee resultaten (2023 en 2024) en in totaal tot een acceptabele onrechtmatigheid van € 284.496.

De onrechtmatigheid op investeringsbudgetten van € 114.029 betreft elf overschrijdingen onder de rapportagegrens van € 50.000 per krediet. Deze elf kredieten worden afgesloten in 2024. In het overzicht lopende investeringen zijn deze opgenomen inclusief een toelichting per krediet.

Voorwaardencriterium

De inkooponrechtmatigheid van € 69.706 betreft één contract voor rioolreiniging uit 2021 dat nog doorloopt tot en met 2025. 

In de paragraaf bedrijfsvoering is op basis van de Kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV en op basis van de afspraken met de raad aanvullende informatie opgenomen over de financiële rechtmatigheid. In deze paragraaf heeft het college ook beschreven welke actie hij onderneemt om vermelde afwijkingen in de toekomst te voorkomen.